Ik weet steeds minder wat ik wel en niet ben, maar ik weet zeker dat ik een generalist ben met enige neigingen naar specialisme. Mijn generalisme ligt op technisch vlak, ik heb ervaring met audiotechniek en met het maken van websites, en op intellectueel vlak, want ik ben een snelle leerling die zichzelf alles eigen kan maken. Op academisch vlak neig ik soms naar het zijn van een specialist.

Praktisch

 

Het is soms ingewikkeld om te bepalen waar ik sta. Doordat ik sterk ben in theorie, kan ik als journalist ingewikkelde onderwerpen bespreken en een goed beeld vormen van een meer abstracte discussie. Maar een praktische instelling is voor een journalist ook nodig om in tamelijk korte tijd voldoende productie te draaien: hij is een typische hbo-student. Dat ben ik óók.

Laten we alleen al naar deze site kijken. Ik heb nooit een opleiding gehad in het maken van websites. Als onderdeel van mijn studie journalistiek heb ik wat zeer basale kennis opgedaan van html en css en geleerd enkele taken te volbrengen met Dreamweaver. Daarnaast ben ik die in periode overgestapt van Blogspot naar WordPress, toen nog gehost bij wordpress.com. Inmiddels is dit mijn tweede zelfgehoste website. Alles wat nodig is om deze website te maken, heb ik mezelf aangeleerd, zij het dat ik voor deze website voor het eerst een thema aangekocht heb, waarmee ik door middel van knoppen en snelcodes het uiterlijk van de site kan aanpassen. Dat kost me een euro of zestig, maar scheelt tussen vijftig en honderd uur aan uitzoekwerk en het aanpassen van css.

Ook door mijn mbo-opleiding heb ik geleerd om op een praktische manier te denken, verantwoordelijke beslissingen te nemen en assistentie te vragen waar nodig. Ondanks dat ik van nature geen techneut ben, ben ik inmiddels behoorlijk in staat om mijzelf op technisch vlak te redden en waar ik dat niet ben, weet ik wel waarom ik het niet kan.

Academisch

 

Dat ik academisch genoemd word, heeft niet zozeer te maken met een praktische amechtigheid, zoals hierboven volgens mij duidelijk wordt, maar met een grotere interesse in het theoretische, een grote belezenheid, de durf om mij met mijn opvattingen in het debat te mengen, reflectie op mijn eigen denken en dat van anderen en de vaardigheid om ingewikkelde kwesties goed te begrijpen.

Van de boeken die ik lees, is in mijn schatting ongeveer de helft in het Nederlands, de rest in het Engels. Het grootste deel hiervan is non-fictie: theologie, filosofie, sociologie en psychologie zijn daarbij mijn meestgelezen onderwerpen, waarbij veel overlap vindt op het vlak van extremisme, terrorisme, politiek of geweld. Verder lees ik veel wetenschappelijke artikelen, voornamelijk in het Engels en het Duits, dat is bijna allemaal theologie en verder filosofie en communicatiewetenschap. En dat begrijp ik goed. Voor mijn HBO-scriptie put ik veelvuldig uit dergelijke bronnen.